Voor patiënten met niet-kleincellig longcarcinoom (NSCLC) met een exon 20-mutatie bij wie EGFR-remmers faalden en geen verdere behandeling mogelijk was, biedt amivantamab nieuw perspectief. Dat schrijven Mujtaba el-Lari en collega’s in het Pharmaceutisch Weekblad.
In Nederland hebben ongeveer 20.000 mensen NSCLC. Bij het ontstaan hiervan kunnen mutaties die leiden tot activatie van eiwitten, zoals de epidermale groeifactor (EGFR), een rol spelen. De meest voorkomende EGFR-mutaties zijn de exon 19-deletie of exon 21-L858R-mutatie, vaak behandeld met de EGFR-remmer osimertinib. Bij patiënten met de EGFR-exon 20-insertie-mutatie werken de tot nog toe beschikbare EGFR-remmers niet. Voor hen was er dus geen verdere behandeling mogelijk. Dat is veranderd met de komst van amivantamab, dat in onderzoek een verlengde progressievrije overleving liet zien.